Het woord aikido bestaat uit drie elementen: ai (harmonie), ki (energie) en do (de weg). In gewoon Nederlands: de weg van harmonie en energie.

Bij aikido draait alles om het neutraliseren van de aanval en het onder controle brengen van de aanvaller. Dit wordt bereikt door het veroorzaken van balansverstoringen; deze dwingen de aanvaller om heel even met iets anders bezig te zijn dan met de aanval, namelijk het herstellen van zijn balans. En precies dit is het moment waarop de aanvaller onder controle gebracht kan worden.

De effectiviteit van aikidotechnieken ontstaat wanneer optimaal gebruik wordt gemaakt van de kracht en de beweging van de tegenstander. Agressie wordt letterlijk ‘ontkracht’.

Met verschillende basistechnieken leer je en ervaar je aan den lijve hoe je spanning en ontspanning, balans, aandacht en ademhaling kunt inzetten, hanteren en verfijnen.

Doorgaans wordt er in tweetallen gewerkt. Tijdens deze partneroefeningen wisselen de deelnemers steeds van rol, beurtelings zijn ze uke of nage: aanvaller of ‘aangevallene’.

Aikido kent veel aanvalstechnieken die met de blote hand worden uitgevoerd, maar er zijn ook aanvallen met wapens: dolk, zwaard en stok (tanto, bokén en jo). In de dojo worden houten oefenwapens gebruikt.

Oorsprong
Aikido is een moderne Japanse krijgskunst. Het werd begin twintigste eeuw ontwikkeld door Morihei Ueshiba (1883-1969). Hij putte hierbij uit de rijke traditie van Japanse gevechtssystemen. Aikido-technieken hebben dus hun wortels in de samoerai-tradities en Ueshiba heeft hieraan bijzondere/unieke nieuwe elementen toegevoegd. Het aikido in onze dojo is gestoeld op dat van Tamura sensei en Sugano sensei, allebei leerlingen van Ueshiba.

Bekijk de 10 instructievideo’s met de basistechnieken die in de introductiecursus aan de orde komen.

Bekijk ook deze demonstratie van Chris de Jongh